Putdeksel “Fiendly Fire”
Juli 1943: meer dan 500 bommen op Noord
Op het trottoir lang Daarmee worden de meer dan 200 burgerslachtoffers herdacht die als gevolg van geallieerde bombardementen om het leven kwamen. In juli 1943 probeerde Amerikaanse, Engelse en Franse bommenwerpers de Fokkerfabriek te bombarderen. Die waren tijdens de Tweede Wereldoorlog door de bezetters in beslag genomen en de arbeiders moesten voor de Duitse Luftwaffe werken.
Het putdeksel bij het Distelplein draagt de naam Fokker. De fabriek lag vlakbij Disteldorp, iets verder naar het westen, aan de overkant van het Johan van Hasseltkanaal. De camouflage van de fabriek bestond uit netten met daarop nephuisjes en bomen, zodat de fabriek uit de lucht leek op de naastliggende woonwijken. De geallieerden wisten hiervan. Een van de ooggetuigen vertelde hoe hij met zijn broer foto ́s maakte van de Fokkerfabriek. Achter op hun fiets stond een schoenendoos met daarin verstopt een camera, de lens achter een gaatje in de achterwand van de doos. De broers deden alsof ze de fietsband oppompten en namen dan stiekem foto ́s die via het verzet naar London werden gestuurd. Op 25 juli 1943 werd Fokker getroffen door negen bommen van de 80 die door de Mitchells werden afgeworpen. Na nog weer een bombardement op 28 juli werden de werkzaamheden door de Duitsers gedeeltelijk uit Noord weggehaald. De verwoeste gedeelten werden niet herbouwd.
Meer dan 200 slachtoffers
Op zaterdag 17 juli 1943 dag waren er onder de burgerbevolking 185 slachtoffers te betreuren. Onder andere de St.Ritakerk werd getroffen, waar toen 500 kinderen en veel ouders bijeen waren. In de Vogelbuurt werden onder andere het politiebureau aan de Adelaarsweg en op de hoek van de Fazantenweg en de Meeuwenlaan werd de wachtkamer van de praktijk van huisarts geraakt. In de Van der Pekstraat werd een van de hoge huizenblokken met winkels voor een groot deel verwoest. Het hele kunstproject en het putdeksel bij het Mosveld hebben de naam Friendly Fire, omdat de slachtoffers vielen door Amerikaanse, Engelse en Franse luchtaanvallen.Het feit dat het ́onze vrienden ́ waren die zoveel leed hebben veroorzaakt, is door de Duitsers breed uitgemeten, direct na die 17e juli 1943. Dat is onder andere te zien en te horen in een Polygoonjournaal uit die tijd: ‘kijk eens wat jullie vrienden jullie hebben aangedaan!’. Dat maakte het uiten van het verdriet om verlies van geliefden tijdens en na de oorlog moeilijker, om over het leed van de talloze gewonden en de materiële schade aan huizen en inboedels maar niet te spreken.
Twee monumenten
Pas in 2003 – zestig jaar later! – werd op de Noorder Begraafplaats een monument geplaatst en in dat jaar vond de eerste officiële herdenking plaats. In 2009 verscheen het boek De bombardementen op Amsterdam-Noord van J.L. van der Pauw, een opdracht van het stadsdeel Amsterdam-Noord aan deze NIOD-onderzoeker. Hij heeft gebruik kunnen maken van vooronderzoek van Adrie Karreman en van NIOD-medewerker drs. Friso Hoeneveld. Het Historisch Centrum Amsterdam Noord heeft drie boekjes uitgegeven die het verhaal van de bombardementen vertellen. Het meest recente beschrijft het putdeksel-monument in een wandeling langs de elf putdeksels die door kunstenares Hester Oerlemans zijn ontworpen in opdracht van de Gemeente Amsterdam, stadsdeel Noord.
Kijken en luisteren:
Zeven interviews met ooggetuigen van de bombardementen
Een korte samenvatting daarvan gemaakt door HCAN en vertoond bij de herdenking van 17 juli 2019.
Lezen